Oproeping van partij(en) bij beoordeling rechtsvordering tot vernietiging rechtshandeling
- Legal Point
- 28 feb 2021
- 1 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 10 mrt 2021

Rechtsvordering tot vernietiging van koopovereenkomst; had het hof de rechtsvordering mogen behandelen en daarover mogen oordelen zonder dat alle partijen bij de koopovereenkomst in het geding waren betrokken?
In deze zaak heeft Vitens, een drinkwaterbedrijf, een vernietigingsvordering van een koopovereenkomst ingesteld tegen alleen Deltaborgh, terwijl ook B.I.C. partij bij de overeenkomst is. Art. 3:51 lid 2 BW bepaalt dat een rechtsvordering tot vernietiging van een rechtshandeling wordt ingesteld tegen hen die partij bij de rechtshandeling zijn. De Hoge Raad stelt voorop dat de rechter die – naar aanleiding van een daarop gericht verweer dan wel ambtshalve – vaststelt dat niet alle partijen bij de te vernietigen rechtshandeling in het geding zijn betrokken, dient gelegenheid te geven om de niet opgeroepen partij alsnog in het geding te betrekken door oproeping op de voet van art. 118 Rv binnen een daartoe door de rechter te stellen termijn. Dit geldt zowel in eerste aanleg als na aanwending van een rechtsmiddel. Tegen deze achtergrond oordeelde de Hoge Raad dat het hof de rechtsvordering van Vitens tot vernietiging van de koopovereenkomst aldus niet had mogen behandelen en daarover niet mogen oordelen, zonder B.I.C. als partij in het geding te doen oproepen. Lees hier de volledige uitspraak.
Comments